Vanwege Corona hebben gemeenten vaak tijdelijke verkeersmaatregelen genomen. Tot vier maanden is daar geen verkeersbesluit voor nodig. Die termijn is nu verlengd tot zes maanden.
Tijdelijke inrijverboden, het omzetten van fietspad naar voetpad of het aanbrengen van tijdelijke loopstroken op de rijbaan. Maatregelen die gemeenten kunnen inzetten om het voetgangers en fietsers mogelijk te maken 1,5 meter afstand aan te houden.
Voor tijdelijke verkeersmaatregelen hoeft een gemeente geen verkeersbesluit te nemen. Volgens artikel 34 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) is een verkeersbesluit namelijk niet nodig als de maatregel genomen wordt vanwege dringende omstandigheden van voorbijgaande aard. Na die vier maanden is wel een verkeersbesluit nodig, volgens artikel 37 BABW.
De VNG heeft echter aangegeven dat deze vier maanden voor gemeenten in deze crisis veelal onvoldoende is om na vier maanden dergelijk verkeersbesluiten in orde te kunnen maken.
Daarom is nu in het BABW de termijn uit artikel 37 BABW van vier maanden waarna een verkeersbesluit noodzakelijk verlengd tot zes maanden, aldus een mededeling in het Staasblad. De verlenging geldt alleen voor tijdelijke maatregelen die zijn getroffen tussen 16 maart 2020 en 1 juli 2020.
Dit geeft wegbeheerders meer tijd om alsnog een verkeersbesluit te nemen voor verkeersmaatregelen die zijn getroffen in het kader van de COVID-19-crisis.
Voor tijdelijke verkeersmaatregelen die na 1 juli worden getroffen blijft de huidige termijn van vier maanden gelden.